Daan ging naar school toe,
Maar hij was erg moe.
Aan het begin van de dag hadden ze rekenen,
En daarna hadden ze tekenen.
Om 3 uur mocht Daan naar huis,
Maar eerst ging hij naar het clubhuis.
Toen hij 's avonds thuis kwam,
Zag hij bij de deur een steekvlam.
Hij riep Help er is brand,
Aan de voorkant.
Toen kwam zijn familie aanrennen,
En ze gingen de brand verkennen.
Daarna belde ze de brandweer,
Die kwam helemaal uit Aalsmeer.
En toen die er eindelijk was,
Lag er alleen nog maar wat as.
Toen verhuisden ze naar Haarlem,
En daarna naar Arnhem,
Toen ze eindelijk bij het goede adres waren aangekomen,
Zagen ze naast het huis allemaal amandelbomen.
Toen gingen ze het huis bekijken,
En de bewoners afzeiken.
Ze hadden het huis niet goed schoongemaakt,
We hadden ze voor van alles en nog wat uitgemaakt.
Daarom werden de bewoners heel boos,
Ze gingen gooien met een kleurdoos.
Er ontstond een heel gevecht,
En toen werden de bewoners blootgelegd.
En wij zeiden we kiezen wel een ander huis,
Dus gingen we naar het boswachtershuis.
Daar konden we gelukkig wel wonen,
Dus is alles goedgekomen.
Dit was mijn gedicht.
Dit gedicht is ingezonden door helene pater
Printbare versie
Dit gedicht verzenden naar een vriend(in)
Hierboven kun je dit gedicht een waardering geven. Het aantal punten loopt van 1 tot 10, waarbij 1 heel slecht is en 10 heel goed. Klik je op stemmen, dan wordt je stem verzonden en ga je naar het volgende gedicht.
Volgende gedicht: Er was eens een lieveheersbeestjeVorige gedicht: Ik was 2 maand geleden jarig